Algemene risico's
Tot de algemene risico's behoren risico's als macro-economische ontwikkelingen en rente-, loon- en prijsontwikkelingen. Daarnaast zijn er onzekerheden over (toekomstig) rijksbeleid en ontwikkelingen in wet- en regelgeving die risico's met zich mee kunnen brengen. Door deze onzekerheden is het op dit moment nog niet goed mogelijk de financiële gevolgen van deze risico's te kwantificeren. Hier hebben alle gemeenten in ons land mee te maken.
Gemeentefonds
Voor de algemene uitkering uit het gemeentefonds, de belangrijkste inkomstenbron van de gemeente, geldt normaal gesproken de zgn. “trap op/trap af systematiek”. Dat wil zeggen dat de hoogte van de uitkering fluctueert gekoppeld aan het niveau van (een groot deel van) de rijksuitgaven. Op lange termijn kunnen onze eigen uitgaven bijgesteld worden indien de inkomsten uit het gemeentefonds (naar verwachting) afnemen. Echter een afname kan ook gedurende het begrotingsjaar aan de orde zijn of zelfs met terugwerkende kracht door een afrekening van een eerder jaar. Op het moment dat zich zo’n negatieve bijstelling voordoet en er geen mogelijkheid meer is om de uitgaven in de begroting aan te passen, zal de tegenvaller die daardoor ontstaat ten laste komen van het resultaat en moet er een beroep worden gedaan op het weerstandsvermogen. Ook indien sprake is van een hoogconjunctuur bestaat de kans op het risico van een neerwaartse bijstelling van de algemene uitkering. Bijvoorbeeld omdat de begrotingsbedragen van de ministeries niet volledig tot besteding komen. Dit resulteert dan gedurende het jaar of zelfs achteraf ook in een korting op het gemeentefonds.
Voor de huidige kabinetsperiode is in 2022 afgesproken tussen de VNG en de beheerders van het gemeentefonds dat het volume-accres voor de jaren 2022-2025 wordt bevroren. Dit betekent dat er alleen nog een correctie wordt toegepast voor loon-/prijsontwikkeling en de trap-op/trap af systematiek, inclusief het daarbij behorende risico van afrekeningen achteraf, wordt losgelaten. Dit geeft de gemeenten financiële duidelijkheid. Er is overigens altijd het risico dat een kabinet valt en gemaakte afspraken komen te vervallen.
Voor de herverdeling van het gemeentefonds geldt een voorlopig maximaal ingroeimodel van € 37,50 per inwoner in 2025. Na evaluaties en verder onderzoek naar de juistheid van het model, zal mogelijk een verdere herverdeling plaatsvinden. Voor Heusden als voordeelgemeente leidt dit tot een verdere ophoging. Over de hoogte daarvan en het moment waarop aanvullende besluitvorming hierover plaatsvindt, is op dit moment nog niets bekend.
Gelet op bovenstaande is er geen aanleiding om voor de algemene uitkering gemeentefonds op dit moment een risicobedrag op te nemen.
Stikstof beperkende maatregelen
Het zal niemand ontgaan zijn dat er volop ontwikkelingen zijn rondom stikstof en de maatregelen om stikstof te beperken. Denk hierbij aan de Porthos uitspraak van de Raad van State en recente besluitvorming van de provincie. Hierdoor hebben we te maken met onzekerheden bij het realiseren van onze ambities en uitvoeren van gemeentelijke taken. We zorgen ervoor dat we op de hoogte blijven van de meest recente inzichten en ontwikkelingen, zodat we deze kunnen toepassen in onze gemeente.
De onzekerheden voor de grondexploitaties zijn meegenomen in de risico analyse. Voor andere (onderhouds)projecten en werkzaamheden verwachten we meer kosten te moeten maken voor stikstofberekeningen. Ook kunnen maatregelen leiden tot een hogere aanbestedingssom, bijvoorbeeld strengere eisen aan emissies van mobiele werktuigen. Dit heeft overigens wel als positief effect dat duurzamer inkopen een vlucht neemt. Het is op dit moment nog niet mogelijk om dit risico financieel concreet te maken.
Vervallen algemeen risico
Het volgende algemene risico voor de gemeente Heusden was opgenomen in de vorige paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing. Deze is nu vervallen:
Opvang vluchtelingen Oekraïne
Het is nog steeds nodig om Oekraïense vluchtelingen een warme, veilige plek te bieden in Heusden. Tot op heden blijken de vergoedingen die we hiervoor van het Rijk ontvangen toereikend voor de kosten die we maken. Er is daarom geen risico opgenomen voor deze kosten in de berekening van het benodigde weerstandsvermogen.